zaterdag 2 januari 2016

Flarden (10)


Terug lezen?


Een vriendelijke arts en twee lieve verpleegsters bekommeren zich op de spoedeisende hulp met naalden en slangetjes om Monique. Er wordt nog een longfoto gemaakt en na enig wachten is het duidelijk: ze gaat niet mee naar huis. De waarden van haar witte bloedlichaampjes zijn na één kuur al zo laag dat ze uiterst vatbaar is voor van alles.
“Als ik u nu naar huis laat gaan wordt u ziek. Heel erg ziek,” waarschuwt de grijzende arts die vanachter zijn dunne, goudkleurig montuur met vriendelijke ogen begripvol op haar neerkijkt.
“We gaan maandag naar Ameland,” zegt Monique. Het klinkt als een waarschuwing.
“En wij gaan er alles aan doen om dat door te kunnen laten gaan,” belooft hij haar.

Het weekend staat in het teken van ziekenhuisbezoek en hopen op verbetering. De kinderen bereid ik alvast voor op de mogelijkheid dat papa en mama niet meegaan naar Ameland en twee vrolijke snoetjes betrekken. Als ik ze vertel dat de rest van de familie wel gaat en ze met hen mee kunnen, klaren de gezichten weer enigszins op.
Zaterdagmiddag lijkt er ondanks de hoge dosissen antibiotica amper iets te zijn veranderd aan Monique's situatie en we schikken ons er maar in; wat kun je anders?
Het is al zondag wanneer de medicatie lijkt aan te slaan en rond het middaguur volgen de verlossende woorden: ze mag mee naar huis en zelfs de koffiedame van de afdeling huilt met haar mee.  Niks staat nu een ontspannen week op de Wadden nog in de weg.

“M’n haar moet er nog af,” stelt ze in de loop van die zondag nuchter vast.
“Weet je het zeker?” vraag ik.
Ze knikt: “Daar hebben we het toch over gehad? Ik ga écht niet wachten tot het ergens de komende week gaat uitvallen. Na het eten”, besluit ze ferm.
Ik zie er als een berg tegen op, maar besluit om er niks over te zeggen en doe mijn best niets te laten merken. De kinderen daarentegen verheugen zich er op: omdat het ons goed leek, en nog steeds lijkt, om ze overal bij te betrekken is ook hierover gesproken.
“Oh mam, mag ik ze er dan af scheren?” vroeg Kaj en hij grinnikte bij het vooruitzicht. Op de één of andere manier zijn de ernst van de ziekte en de gevolgen ervan nog niet helemaal met elkaar verbonden in de kinderwereld. Misschien is dat maar goed ook.

Wanneer ze die avond een handdoek van boven haalt en een stoel in de buurt van een stopcontact schuift, blijf ik stoïcijns televisie kijken: de één of andere documentaire waarvan ik me het onderwerp niet meer kan herinneren.
Misschien dacht ik dat hét dan niet door zou gaan. Ontkennen dat dit – het zo kenmerkende kale hoofd – onze werkelijkheid is.
Tot nu toe ziet ze er niet ziek uit en is er in ons dagelijks leven niet zoveel dat ons aan de kanker herinnert. Wanneer ik naar haar kijk dan zie ik dezelfde Monique  als – pak ‘m beet - een jaar geleden. Na vanavond is dat allemaal anders en zal de confrontatie telkens alom aanwezig zijn.

Met een badlaken gedrapeerd om haar schouders buigt ze haar hoofd. Jens danst lachend en joelend om haar heen terwijl Kaj de stekker in het stopcontact steekt. Met een kille klik zet hij de messen in beweging en klinkt het zacht zoemen door de kamer.
Zijn twee jongenshandjes omklemmen het apparaat en laten deze boven het hoofd van Monique zweven.
Ik voel een pesthumeur opkomen en vermoed in staat te zijn de eerste persoon die nu te vriendelijk  “hallo” tegen me zegt twee week vloeibaar voedsel te laten innemen zonder dat ik dat  onredelijk vind.

Als een steen die naar de bodem zakt: zo lijkt het besef in hem te dalen van wat hij op het punt staat te gaan doen. Waar hij er eerst nog de humor van inzag – mamma kaal scheren – rollen nu dikke tranen over zijn wangen.
Het schokken van zijn schouders door het onbeheerste snikken brengt zijn handen met daarin nog altijd de tondeuse af en toe gevaarlijk dicht bij Monique’s hoofd.
“Ik wil het niet mamma. Ik vind het niet leuk,” snikt hij en huilend houden ze elkaar vast.


Verder lezen


7 opmerkingen:

  1. Reacties
    1. Ik kan niet zo goed tegen huilende vrouwen ... ;)
      Dank je Marianna, voor het lezen en het reageren.

      Verwijderen
    2. Ik kan niet tegen huilende kinderen (en mannen ) Het komt gewoon zo dichtbij...😕. Hopelijk wordt 2016 jullie jaar en gloort er heel veel licht aan het eind van deze donkere tunnel. Xxx

      Verwijderen
  2. Oh...alsof je erbij staat..wat kun jij beeldend schrijven..ik bewonder jullie saamhorigheid, maar wat een nare strijd.

    BeantwoordenVerwijderen

Totaal aantal pageviews